Het Paleis voor Volksvlijt wordt door brand verwoest (1929)
Paleis voor Volksvlijt gezien vanaf de Weteringschans. Foto van Jacob Olie uit 1892
Op 18 april 1929 wordt het Paleis voor Volksvlijt aan het Frederiksplein in Amsterdam door brand volledig verwoest. Op de plek van het paleis bevindt zich nu het pand van De Nederlandsche Bank.
Het Paleis voor Volksvlijt werd gebouwd naar een ontwerp van architect Cornelis Outshoorn, die zich had laten inspireren door het Crystal Palace in Londen dat was gebouwd voor de wereldtentoonstelling van 1851. De Amsterdamse arts Samuel Sarphati had dit beroemde paleis gezien op de wereldtentoonstelling in Londen en richtte daarna in Amsterdam de Vereeniging voor Volksvlijt op. Hij wilde dat Amsterdam ook een soort ‘Crystal Palace’ zou krijgen, dat zou moeten dienen als tentoonstellingsgebouw voor de Nederlandse industrie.
Paleis voor Volksvlijt gezien vanuit het Amstel Hotel
De bouw van het uit glas en ijzer opgetrokken Paleis voor Volksvlijt begon in september 1859. Vijf jaar later werd het renaissancistische gebouw geopend door prins Frederik. Het paleis herbergde naast een tentoonstellingsgebouw onder meer een theaterzaal, restaurant en twee winkelgalerijen.
Het bericht over de grote brand bereikte de brandweer in de nacht van 17 op 18 april rond drie uur ’s nachts. Verschillende brandweerwagens rukten uit, maar brandweerlieden konden niet voorkomen dat het beroemde paleis volledig verloren ging. De vlammen sloegen bij aankomst al metershoog uit het gebouw en zowel het glas als het ijzer smolten. Rond vier uur ’s nachts stortte het dak van de schouwburg in. In het paleis was al twee keer eerder brand uitgebroken, maar die brandjes konden snel worden geblust. Over het algemeen beschouwde men het Paleis voor Volksvlijt vanwege de constructie van glas en gietijzer als weinig brandgevaarlijk. Bouwetekeningen tonen echter aan dat het plafond van het restaurant voor een groot deel uit houten planken bestond. Daarboven bevond zich de koepel van het paleis. Volgens onderzoekers fungeerde deze ruimte tussen plafond en koepel als een ideaal trekgat voor het vuur.
Bericht over de brand in het Paleis voor Volksvlijt in de Arnhemsche courant van 27 april 1929 (Delpher)
Na de brand rouwde Amsterdam om het verlies van het bijzondere paleis. Velen hoopten dat het paleis herbouwd zou worden, maar zover kwam het nooit. In 1961 verrees pas een nieuw bouwwerk op de locatie: het pand van De Nederlandsche Bank. Veel Amsterdammers meenden dat dit nieuwe gebouw qua architectuur en uitstraling niet kon tippen aan het verloren gegane Paleis voor Volksvlijt. Schrijver Rudy Kousbroek omschreef het nieuwe bouwwerk bijvoorbeeld als een “oninteressant en talentloos bankgebouw” en de Amsterdamse burgemeester Eberhard van der Laan sprak later van een “verschrikkelijk gebouw”. Een uitspraak waar de burgervader zich enige tijd in de gemeenteraad voor moest verantwoorden.