Atoombomaanval op Hiroshima (1945)

Atoombomaanval op Hiroshima, 1945

De eerste atoombom werd op 6 augustus 1945 op de Japanse stad Hiroshima gegooid. De Amerikaan Paul Tibbets was de piloot die de atoombom naar de Japanse stad bracht. Het vliegtuig waarin hij vloog vernoemde hij naar zijn moeder: Enola Gay.

Met het gooien van de atoombom wilde Amerika het einde van de Tweede Wereldoorlog bespoedigen. Tijdens de oorlog was in Amerika het zogenaamde Manhattan Project van start gegaan, een uitermate geheim project waarbij gewerkt werd aan de ontwikkeling van de atoombom.

Hiroshima, enkele dagen na de bom

De drie meter lange bom die op Hiroshima werd gegooid had een doorsnede van 71 centimeter en bevatte ruim 64 kilo verrijkt uranium dat zich in twee van elkaar gescheiden compartimenten bevond. De bom kwam op 550 meter hoogte boven de Japanse stad tot ontploffing doordat springstof de twee uraniummassa’s samengevoegde. Hierdoor ontstond een vernietigende kettingreactie.

Voor de Japanners zich overgaven gooiden de Amerikanen nog een bom. Drie dagen na de bom op Hiroshima werd deze tweede atoombom op de Japanse stad Nagasaki geworpen. Deze kreeg de naam Fat Man. Aanvankelijk wilden de Amerikanen de bom op de stad Kokura gooien, maar door slecht weer werd uitgeweken naar Nagasaki.

Door de ontploffing van de bommen kwamen naar schatting 200.000 mensen om het leven.

Lees ook: ‘Kan de mensch de wereld vernietigen?’
Boek: Een kleine geschiedenis van de atoombom

Verder op 6 augustus:

Vorige dag

7 augustus

Volgende dag

5 augustus